Verdwenen uit het collectieve geheugen over de Oorlog. Door Drs. C. Weltevrede

Op deze pagina komen een aantal weinig bekende gebeurtenissen uit het prille begin van de bezetting van Dordrecht tijdens de Tweede Wereldoorlog aan de orde.

In september 1939 brak de oorlog uit. Het gemeentebestuur had zich op vele manieren voorbereid. Er was een Gemeentelijke Luchtbeschermingsdienst opgericht. Er was in juni 1939 een flinke voorlichtingscampagne gevoerd meet een tentoonstelling achter de MTS aan het Oranjepark. Daarin werden technieken getoond van schuilplaatsen en beveiliging bij bombardementen. Dat was de Lubento.

 

De gemeente liet openbare schuilplaatsen aanleggen op centrale plaatsen ter bescherming van burgers die zich in de stad bevonden. Zoals hier bij de Johan de Wittbrug. Dat waren eenvoudige schuilplaatsen voor ongeveer 50 personen. Gelukkig zijn er weinig bombardementen geweest.

De plekken werden wel voor andere dingen gebruikt, zoals bleek uit de politiejournalen, want die donkere, moeilijk toegankelijke plekken moesten vele malen worden gereinigd want mensen gebruikten ze onder meer als openbare toiletten en andere intieme zaken die men liever niet in het openbaar doet.

Postduiven

 

 

 

Vanaf 10 mei veranderde er veel voor de Dordtenaren. Groot was de schrik voor postduivenhouders. De militairen gebruikten nog steeds duiven als boodschappers bij het oorlogvoeren. De Duitsers waren bang voor spionage en een van de bepalingen bij de capitulatie was: het doden van alle duiven. Dat gaf zoveel weerstand dat het niet doorging, maar het houden van postduiven werd streng gereguleerd.

Voor Dordrecht werd door de Commissaris van Politie gemeld aan de Duitse overheid dat er 216 duivenhouders waren. Als er een duif verdween van de lijst moest de ring en een pootje worden ingeleverd ter controle.

 

 

 

 

 

 

Verkeer in mei veranderd

Benzine en diesel waren nodig voor het oorlogvoeren. De Duitsers legden beslag op deze energievoorraden. Dat zorgde voor problemen voor het gewone verkeer. Particulier verkeer werd verboden en aan vergunningen gebonden.

Al snel werden alternatieve manieren gevonden om zich te verplaatsen met een vervoersmiddel.

Op de foto een taxi bij de Koninginnestraat. De taxi is een PEUGEOT 402 Limousine uit 1935. Geschikt voor 6 personen met als aanhangwagen een persgasinstallatie.

 

Persgas kon je tanken bij de Firma Van Twist aan de Vest waar nu La Venezia is.

 

 

 

 

 

 

 

 

Of je kon natuurlijk ook een paard nemen. Zoals deze arrenslee op het Bagijnhof in 1942.

Veranderingen in het normale leven

Al vanaf het begin van de bezetting verdwenen gewone kaders van het bestaan. De klok moest drastisch worden veranderd, want voortaan gold de Duitse Tijd. Deze maatregelen werden gepubliceerd in de eerste Dordrechtsche Courant na de meidagen van 1940.

 

 

’s Avonds mocht je niet meer op straat er was gedurende de hele oorlog een Avondklok. Voor bepaalde beroepen waren uitzonderingen, zoals doctoren, politie, dominees en pastoors, e.a.

 

 

 

 

 

 

Kinderen naar Oostenrijk

In een soort charmeoffensief probeerden de Duitsers sympathie te verwerven onder de Nederlanders in de zomer van 1940. Ze trakteerden 6.000 kinderen uit arme gezinnen; die konden genieten van een vakantie in de Oostenrijkse bergen, gratis. De NSB en

vooral de vrouwenorganisatie daarvan de NSVO Nationaalsocialistische Vrouwenorganisatie bood het gemeentebestuur aan om de selectie te doen

Er werden 130 kinderen voorgedragen, die kwamen niet alleen uit NSB-gezinnen. Het moesten wel gezonde kinderen zijn. Na medische keuring en vooral controle op tbc werden er 62 uitgekozen. Op 1 augustus zijn die kinderen vertrokken van Dordrecht naar Amsterdam om met de trein naar Oostenrijk te gaan. Ze komen terug op zaterdag 28 september.